Punt 91.
Punt 91 ligt bovenop de stuwwal van Blaricum-Laren. Qua morfologie valt het op dat de top van de stuwwal hier, ter plaatse van de Blaricummerheide, vlak is en vrijwel onversneden. Uit de waarneming op deze plek valt te concluderen dat de top van de stuwwal hier een Weichselien planatieoppervlak is, ontstaan door de eolische denudatie in dat tijdvak. Het maaiveld is bezaaid met talloze stenen, waaronder vele windkanters, en, gezien het ontstaan tijdens een koude periode, te typeren als een periglaciale "desert pavement". De rijkdom aan stenen duidt erop dat er veel zand is weggeblazen, waarschijnlijk meerdere meters. Dit zand is terecht gekomen aan de oostzijde van de stuwwallen. Het voorkomen van grote hoeveelheden windkanters duidt erop dat de stenen langdurig blootgelegen hebben tijdens het Weichselien. Eolische denudatie lijkt hiermee een belangrijke verklarende factor te zijn voor de afgevlakte toppen van in ieder geval de stuwwallen van het Gooi.


Foto 1: Overzicht van de ontsluiting: een afgeplagd oppervlak op de Blaricummerheide.
De heide en organische toplaag zijn verwijderd, waardoor het oorspronkelijke bodemmateriaal dagzoomt. De stenenbestrooiing is duidelijk zichtbaar.




Foto 2: Typische periglaciale "desert pavement", het maaiveld bezaaid met stenen, waaronder vele windkanters. Rechtsonder een kwartsiet met windkantervorm.
Het sediment bestaat lithologisch uit grof zand met grind, het betreft gestuwde Rijn/Maas-rivierafzettingen waarin ook grotere stenen voorkwamen. De fijne fractie van de riviersedimenten is in het Weichselien weggeblazen (denudatie). De grotere stenen zijn achtergebleven, waardoor het oppervlak sterk verrijkt is met stenen. Door de winderosie is de top van de stuwwal sterk afgeplat.




Foto 3: De aangetroffen stenen zijn uitsluitend van zuidelijke herkomst: veel bonte kwartsieten, Taunuskwartsiet, witte kwarts, zandsteen, lydiet. Op de achtergrond de Schaapskooi.
Het bewijs voor de eolische ontstaanswijze van deze terreinvorm wordt geleverd door het veelvuldig voorkomen van windkanterstenen. Tijdens de verkenning is vastgesteld dat het grootste deel van de stenen als windkanter vaklt te duiden, wegens het voorkomen van één of meerdere ribben en de typische "windlak". De aangetroffen stenen zijn voor het grootste deel kwartsieten in diverse kleuren, melkkwarts en zandsteen.